EEN MONUMENT VAN WIJLEN JAAK NIJSSEN
Onthuld op 14 oktober 2017 door Jean Duijsens, voorzitter van de Culturele Raad Voeren
Het was een bijzonder moment om voor de uitreiking van de 30ste Cultuurprijs van de Culturele Raad, een beeld te onthullen van een persoon die 30 jaar geleden als toenmalig voorzitter van de Culturele Raad, deze prijs zelf mee in het leven heeft geroepen en waarvan hij zelf laureaat was in 1995.
Wij waren als bestuur dan ook bijzonder trots dat we ter gelegenheid van dit paarlen-jubileum het beeld mogen onthullen op een plaats waar deze man in 1971 zelf actief betrokken was bij de aankoop ervan, de toenmalige dekenij, door de Vlaamse Gemeenschap.
Al deze bijzonderheden van tijd en plaats bij deze onthulling zijn de verdiensten van die bijzondere persoon wiens beeld we veredeld en vereeuwigd hebben onthuld. Het bronzen hoofd van wijlen DOKTER JAAK NYSSEN.
Jaak werd geboren in 1926 en groeide op als landbouwerszoon op Schilberg. Na het middelbaar onderwijs studeerde hij verder aan de universiteit van Gent waar hij samen met zijn latere echtgenote Elza in 1953 afstudeerde, zij als licentiate wetenschappen-aardrijkskunde en hij als veearts. Na 18 maanden dienstplicht in Duitsland trouwde hij in 1956 en stichtte een gezin op de ouderlijke boerderij, een gezin dat gezegend werd met 7 kinderen die opgroeiden in Veurzerveld.
Jaak stond als intellectueel en als Vlaamse voorman steeds klaar om zonder berekening zijn verantwoordelijkheid op te nemen.
Zo was Jaak naast veearts en later laborant ook heel actief in het Voerens socio-cultureel verenigingsleven. Zo was hij 10 jaar lang voorzitter van het Davidsfonds (1955-1965)
Voorzitter van het Actiecomité “Voerstreek bij Limburg” hetgeen ook in ’63 gebeurde
Voorzitter-stichter van het Algemeen Kultureel Komitee van de Voerstreek.
Ondervoorzitter van de vzw Opbouwwerk Voeren
17 jaar lang Voorzitter van de Culturele Raad Voeren (1978 – 1995)
Voorzitter van de Gidsenopleiding in Voeren
Voorzitter van de Heemkring tot … kort voor zijn overlijden in 2009
Daarnaast was zijn belangstelling voor naam – en volkskunde, toponiemen, voor geschiedkundige feiten en heemkunde, voor grafkruisen en religieuze monumenten, voor mijlpalen en schandpalen zo intens dat zijn opzoekingswerk resulteerde in een bijzonder rijke schat aan publicaties in tijdschriften en/of in boekvorm
.
Voor dit professioneel en verdienstelijk werk, zeg maar palmares, werd hem in 1993 de hoge onderscheiding “RHEINLANDTALER” van het Landschaftsverband Rheinland toegekend.
Daarnaast ontving hij voor zijn inzet op het vlak van heemkunde in 1997 het JOZEF WEYNS-EERMERK;
Ter vervollediging hier enkele publicaties uit zijn palmares die we allemaal kennen : o.a.: Band en Heem (1957 -1973) Land zonder grenzen (1972-73), Voeren (1977-1982), Voeren Aktueel, Voerspokkels, het Molenboekje (1983), 50 jaar Chiro Sint-Martens-Voeren (1992), D’r Koeënwoof, het Boerenhuis uit de Voerstreek in het Openluchtmuseum Bokrijk (1972), De spoorlijn Tongeren-Aken in oorlogstijd aangelegd (1985), Croix potales et chapelles au pays de Visé (1989)
Het was ook deze Jaak die in 1960 samen met meester Roger Boffé, toenmalige hoofdonderwijzer van de gemeenteschool in Moelingen, het initiatief nam om een dagelijkse busverbinding Voerstreek-Tongeren te realiseren zodat onze jongeren voortaan voortgezet onderwijs konden volgen in hun moedertaal in plaats van Visé of Herve. Dit is later de LIJN 39b geworden.
Maar
Jaak, was een man die zijn verdiensten steeds relativeerde.
Jaak, een man met een sterke persoonlijkheid die anderen steeds de nodige ruimte gaf en stimuleerde bij uitdagingen.
Jaak , een man die een onuitwisbare stempel gedrukt heeft op de verdere ontplooiing van onze gemeente
Jaak, een denker, een filosoof . . . een wetenschapper die zelfs zijn lichaam schonk aan de wetenschap.
kortom … Jaak, was een monument !
Een monument waarvan wij, bestuursleden van de Culturele Raad, het tot onze plicht aanvoelden om hem uit erkentelijkheid, op deze plaats te vereeuwigen in een bronzen beeld.
Op vraag van de Culturele Raad ontwierp en boetseerde kunstenaar Jean-Paul Caelen van ’s-Gravenvoeren in klei het ontwerp voor een bronzen beeld. Van dit ontwerp werd een mal gemaakt in boetseer was. Begin van het kalenderjaar 2017 werd deze mal vol brons gegoten in de gieterij Kusters in Grathem bij Thorn in Nederlands Limburg.
Dit was voor Jean-Paul geen eenvoudige opdracht daar hij Jaak nooit gekend had maar hij vond het anderzijds een uitdaging om een beeld/ kunstwerk te mogen maken en plaatsen van een bijzonder verdienstelijke Voerenaar.
Op 14 oktober 2017 om 19.30 uur werd dit beeld plechtig onthuld en prijkt nu op een stalen zuil tussen de waterlelies in de door bronwater gevoede vijver op het domein van het cultuurcentrum “Het Veltmanshuis”, genoemd naar een ander Vlaams voorganger “Pastoor Veltmans”.
In aanwezigheid van talrijke prominenten werd deze plechtigheid opgeluisterd door de drumband en klaroenkorps van de Koninklijke Schutterij Sint-Martinus.
Het was een bijzonder moment om voor de uitreiking van de 30ste Cultuurprijs van de Culturele Raad, een beeld te onthullen van een persoon die 30 jaar geleden als toenmalig voorzitter van de Culturele Raad, deze prijs zelf mee in het leven heeft geroepen en waarvan hij zelf laureaat was in 1995.
Wij waren als bestuur dan ook bijzonder trots dat we ter gelegenheid van dit paarlen-jubileum het beeld mogen onthullen op een plaats waar deze man in 1971 zelf actief betrokken was bij de aankoop ervan, de toenmalige dekenij, door de Vlaamse Gemeenschap.
Al deze bijzonderheden van tijd en plaats bij deze onthulling zijn de verdiensten van die bijzondere persoon wiens beeld we veredeld en vereeuwigd hebben onthuld. Het bronzen hoofd van wijlen DOKTER JAAK NYSSEN.
Jaak werd geboren in 1926 en groeide op als landbouwerszoon op Schilberg. Na het middelbaar onderwijs studeerde hij verder aan de universiteit van Gent waar hij samen met zijn latere echtgenote Elza in 1953 afstudeerde, zij als licentiate wetenschappen-aardrijkskunde en hij als veearts. Na 18 maanden dienstplicht in Duitsland trouwde hij in 1956 en stichtte een gezin op de ouderlijke boerderij, een gezin dat gezegend werd met 7 kinderen die opgroeiden in Veurzerveld.
Jaak stond als intellectueel en als Vlaamse voorman steeds klaar om zonder berekening zijn verantwoordelijkheid op te nemen.
Zo was Jaak naast veearts en later laborant ook heel actief in het Voerens socio-cultureel verenigingsleven. Zo was hij 10 jaar lang voorzitter van het Davidsfonds (1955-1965)
Voorzitter van het Actiecomité “Voerstreek bij Limburg” hetgeen ook in ’63 gebeurde
Voorzitter-stichter van het Algemeen Kultureel Komitee van de Voerstreek.
Ondervoorzitter van de vzw Opbouwwerk Voeren
17 jaar lang Voorzitter van de Culturele Raad Voeren (1978 – 1995)
Voorzitter van de Gidsenopleiding in Voeren
Voorzitter van de Heemkring tot … kort voor zijn overlijden in 2009
Daarnaast was zijn belangstelling voor naam – en volkskunde, toponiemen, voor geschiedkundige feiten en heemkunde, voor grafkruisen en religieuze monumenten, voor mijlpalen en schandpalen zo intens dat zijn opzoekingswerk resulteerde in een bijzonder rijke schat aan publicaties in tijdschriften en/of in boekvorm
.
Voor dit professioneel en verdienstelijk werk, zeg maar palmares, werd hem in 1993 de hoge onderscheiding “RHEINLANDTALER” van het Landschaftsverband Rheinland toegekend.
Daarnaast ontving hij voor zijn inzet op het vlak van heemkunde in 1997 het JOZEF WEYNS-EERMERK;
Ter vervollediging hier enkele publicaties uit zijn palmares die we allemaal kennen : o.a.: Band en Heem (1957 -1973) Land zonder grenzen (1972-73), Voeren (1977-1982), Voeren Aktueel, Voerspokkels, het Molenboekje (1983), 50 jaar Chiro Sint-Martens-Voeren (1992), D’r Koeënwoof, het Boerenhuis uit de Voerstreek in het Openluchtmuseum Bokrijk (1972), De spoorlijn Tongeren-Aken in oorlogstijd aangelegd (1985), Croix potales et chapelles au pays de Visé (1989)
Het was ook deze Jaak die in 1960 samen met meester Roger Boffé, toenmalige hoofdonderwijzer van de gemeenteschool in Moelingen, het initiatief nam om een dagelijkse busverbinding Voerstreek-Tongeren te realiseren zodat onze jongeren voortaan voortgezet onderwijs konden volgen in hun moedertaal in plaats van Visé of Herve. Dit is later de LIJN 39b geworden.
Maar
Jaak, was een man die zijn verdiensten steeds relativeerde.
Jaak, een man met een sterke persoonlijkheid die anderen steeds de nodige ruimte gaf en stimuleerde bij uitdagingen.
Jaak , een man die een onuitwisbare stempel gedrukt heeft op de verdere ontplooiing van onze gemeente
Jaak, een denker, een filosoof . . . een wetenschapper die zelfs zijn lichaam schonk aan de wetenschap.
kortom … Jaak, was een monument !
Een monument waarvan wij, bestuursleden van de Culturele Raad, het tot onze plicht aanvoelden om hem uit erkentelijkheid, op deze plaats te vereeuwigen in een bronzen beeld.
Op vraag van de Culturele Raad ontwierp en boetseerde kunstenaar Jean-Paul Caelen van ’s-Gravenvoeren in klei het ontwerp voor een bronzen beeld. Van dit ontwerp werd een mal gemaakt in boetseer was. Begin van het kalenderjaar 2017 werd deze mal vol brons gegoten in de gieterij Kusters in Grathem bij Thorn in Nederlands Limburg.
Dit was voor Jean-Paul geen eenvoudige opdracht daar hij Jaak nooit gekend had maar hij vond het anderzijds een uitdaging om een beeld/ kunstwerk te mogen maken en plaatsen van een bijzonder verdienstelijke Voerenaar.
Op 14 oktober 2017 om 19.30 uur werd dit beeld plechtig onthuld en prijkt nu op een stalen zuil tussen de waterlelies in de door bronwater gevoede vijver op het domein van het cultuurcentrum “Het Veltmanshuis”, genoemd naar een ander Vlaams voorganger “Pastoor Veltmans”.
In aanwezigheid van talrijke prominenten werd deze plechtigheid opgeluisterd door de drumband en klaroenkorps van de Koninklijke Schutterij Sint-Martinus.